Naam: Frodo Balings

Vader: Drogo Balings

Moeder: Primula Brandebok

Broer(s): geen

Zuster(s): geen

Echtgenote: geen

Dochter(s): geen

Zoon(en): geen

Ras: Hobbit

Afkomst: De Gouw

Woonplaats: Eerst Balingshoek (de Gouw), daarna Valinor

Frodo is geboren op 22 september in het jaar 2968 van de Derde Era. Net als alle andere hobbits woonde hij in de Gouw. Zijn ouders, Drogo Balings en Primula Brandebok, de nicht van Bilbo Balings, stierven toen hij nog heel jong was en hij werd in huis genomen door zijn oom Bilbo Balings.

Na het vertrek van Bilbo blijft Frodo achter met al Bilbo’s spullen, die hij aan hem heeft nagelaten. Bij deze spullen is een zeer bijzondere ring. De tovenaar Gandalf ontdekt dat het de Ene Ring van Sauron is en vertelt Frodo dat hij niet langer veilig is in de Gouw. Ze spreken af elkaar te ontmoeten in de herberg de Steigerende Pony. Frodo gaat samen met de hobbits Sam, Merry en Pippin op weg. Op hun reis door het Oude Woud ontmoeten ze Tom Bombadil, die hen net op tijd kan redden van de geesten uit de Grafheuvels, die de hobbits gevangen hadden genomen.

Wanneer de hobbits in de herberg de Steigerende Pony aankomen, is Gandalf er niet. Ze ontmoeten de doler Stapper, die hen vertelt dat hij een vriend van Gandalf is. De hobbits weten niet of ze hem wel kunnen vertrouwen, maar ze hebben geen keus en dus gaan ze met hem mee. Op Weertop werd Frodo gestoken door de Tovenaar-Koning, in een poging de Ring van hem af te nemen. Stapper komt net op tijd om de Nazgul weg te jagen met vuur. Frodo is levensgevaarlijk gewond en moet snel naar Rivendel worden gebracht. De reis is echter nog lang en de andere hobbits vrezen voor zijn leven. Gelukkig komt de elf Glorfindel hen te hulp. Hij geeft Frodo zijn elfenpaard Asfaloth en zo kan Frodo ontsnappen aan de Nazgul. In Rivendel wordt hij genezen door de elf Elrond, de heer van Rivendel. Hij ziet er ook zijn oom Bilbo opnieuw en hij geeft hem zijn zwaard Sting (Prik), dat blauw wordt als er orks in de buurt zijn, en zijn hemd van Mithril.

In de Raad van Elrond besliste men dat ze de Ring moesten vernietigen in het vuur van de Doemberg. Frodo nam de taak van Ringdrager op zich en vertrok samen met Gandalf, Aragorn, Legolas, Gimli, Boromir, Sam, Merry en Pippin naar de Doemberg. Saruman wist van Gandalfs plan om de pas van Caradhras te nemen en stuurde er een hevige storm heen, zodat het Reisgenootschap gedwongen was via de Mijnen van Moria te gaan. De mijnen bleken helemaal verwoest te zijn en vol te zitten met orks. Het Reisgenootschap bereikte de uitgang, maar Gandalf viel in een ravijn in een poging de Balrog te verslaan. Frodo had veel verdriet om het verlies van Gandalf.

Aragorn bracht het Reisgenootschap naar het prachtige elfenland Lothlorien, waar ze kennis maakten met heer Celeborn en vrouwe Galadriel. Ze rustten er enkele dagen uit en bij hun vertrek gaf Galadriel Frodo een flesje met het licht van Eärendil in. Het Reisgenootschap ging in drie boten van Galadriel via de rivier de Anduin naar de watervallen van Rauros. Daar aangekomen, probeerde Boromir Frodo ervan te overtuigen de Ring aan hem te geven. Wanneer Frodo dit weigerde probeerde hij hem de Ring af te nemen. Frodo wist te vluchten en Boromir kreeg spijt van wat hij gedaan had. Intussen had Saruman een groep Uruk-Hai gestuurd om het Reisgenootschap te zoeken en iedereen behalve de hobbits te doden. In deze strijd sneuvelde Boromir en werden Merry en Pippin gevangengenomen. Frodo besloot alleen naar Mordor te gaan, maar Sam kon hem nog net op tijd inhalen. Samen trokken ze verder naar Mordor. Op hun weg ontmoeten ze het wezen Gollum, dat ooit in het bezit was van de Ring en hem terug wil. Frodo heeft medelijden met hem en besluit dat Gollum hun gids zal worden. Gollum leidt hen door de Dode Moerassen en vervolgens door Ithilien. Daar ontmoeten ze Faramir, de broer van Boromir, maar hij doet geen poging om de Ring af te nemen en laat hen gaan.

Gollum probeert ervoor te zorgen dat Frodo en Sam sterven om daarna zelf de Ring te kunnen nemen, dus leidt hij Frodo binnen in het hol van Shelob, een enorme spin. Sam kon Shelob verslaan, maar dacht dat Frodo dood was en nam de Ring van hem over. Een groep orks kwam langs en ze namen het lichaam van Frodo mee naar de toren van Cirith Ungol. Sam ontdekt dat Frodo nog in leven is en gaat hen achterna. Uiteindelijk lukt het hem om Frodo te redden en hij geeft de Ring aan hem terug. Samen trokken ze verder door het vreselijke land Mordor terwijl Frodo steeds meer verzwakte door de Ring. Uiteindelijk bereiken ze de Doemberg, maar Frodo kan de Ring niet vernietigen en eist hem voor zichzelf op. Gollem valt hem aan en bijt de vinger met de Ring af. Hij is dol van vreugde omdat hij de Ring terug heeft en valt in het vuur van de Doemberg. Zo is de Ring dan toch vernietigd.

Na alle gebeurtenissen keert Frodo samen met de andere hobbits terug naar de Gouw. Daar ontdekken ze dat Saruman de Gouw heeft overgenomen, maar met de hulp van de andere hobbits kunnen ze hem verslaan. Frodo leeft een tijdje opnieuw in de Gouw, maar hij kan zijn oude leven niet opnieuw opnemen en de wonden die hij tijdens zijn reis heeft opgelopen zullen nooit echt genezen. Hij had van Arwen Undomiel, de dochter van Elrond, het recht gekregen in haar plaats over de zee naar Valinor te gaan. In het jaar 3021 van de Derde Era vertrok Frodo over de zee met de andere Ringdragers naar Valinor.